Als je naast Bart zit moet je altijd bij de pinken zijn. Een moment van zwakte kan je zwaar te komen staan. Maar nu heeft hij me toch weer es goed liggen. Geen goesting Johan om er een stukje over te schrijven? Voor ik het goed en wel besefte was de deal gesloten. M’n schooldirecteur had ons ooit eens de volgende wijze woorden uitgesproken, draai je tong eerst een paar keer in je mond voor je iets zegt, en beter is het die rond te draaien in die van je buurvrouw! Nu over m’n schooldirecteur kan ik nog wel een paar stoten vertellen, maar Bart had toch duidelijk gevraagd om iets te schrijven over de Springbank tasting. Al een writers block!
Pieter was toch iet wat uit z’n gewone doen, maar daar zat Bill (Gates voor de niet computer fanaten) weer voor iets tussen. Eenmaal de presentatie van start ging, ontpopte hij zich als eens spraakwaterval. Je zou gezworen hebben dat de distillery manager van Springbank himself de uitleg aan het geven was.
Springbank was niet nieuw voor mij, maar als ik heel eerlijk ben, het had toen niet echt een indruk op me gelaten. Ik was daarom met hoge verwachtingen naar de tasting gekomen. Pieter gaf ons een mooie voorstelling van wat Springbank in de geschiedenis van Whisky betekende, en ook hier had ik weer het gevoel dat ik op de verkeerde plaats geboren ben, laat staan veel te laat. 34 (vierendertig!) distilleerderijen in een dorp van een paar duizend man, you can hardly believe it, but Pieter said so. De distilleerderij verkreeg z’n eerste licentie in 1928, maar Archibald Mitchell en de vele generaties voor hem stookte er al langer hun hemels drankje. De nazaten waren goed opgevoed en zetten de branche verder, al of niet in het stichten van nieuwe slijterijen. Vandaag zijn er in Campletown nog 2 (twee) distilleerderijen over. Springbank heeft ondertussen Longrow, Hazelburn in z’n portefeuille.
Maar genoeg gezever, de eerste whisky was een 15 jaar oude standaard bottling van 46%. De neus was fris met een toets van appel en ander inlands fruit. De smaak is in het begin wat agressief maar wordt zoet met een lichte zoute smaak. Hij verzacht op het einde en krijgt een houtige droge afdronk. Is wat snel door, maar zeker en vast niet slecht voor een starter. De tweede van de avond was een Springbank Vintage van 10 jaar oud, met een alcoholsterkte van 55,2%. Het destillaat wordt in re-charted sherryvaten gelagerd. De neus is ziltig ietwat muffig, mosachtige geur, later komen de citrus geuren door met in hun kielzog wat karamel en een peatig wolkje. De smaak is vrij zoet, en een typische sherry afdronk die vrij snel verdwijnt, maar er blijft een zekere sprankelend gevoel op de tong hangen. De Campletown Portwood, van 13 jaar met 54,2% opent opnieuw vrij ziltig, al ontwaar ik precies wat old bottel effect, die gelukkig vrij snel verdwijnt, de porto komt er vrij snel door, maar er zit iets in de neus dat mij blijft ambeteren. De smaak is zacht zoet, met een lichte bittere toets. De finish heeft chocolade in zich, vergezeld met wat karamel. Ondanks z’n hoog alcohol gehalte, blijft hij niet lang hangen. De Campletown Marsala Wood Expression, 9Y oud met 58% alcohol sterkte. De neus opent vrij prikkelend met wat pruimen, vergezeld door een lichte peatsmaak. Hij open vrij zwaar, maar wordt snel als zoet ervaren dat lang blijft hangen. De finish zijn cacaotonen met wat kruiden. Hij blijft plakken. That’s the stuff I like.
De vijfde van de avond was een Campletown Rumwood van 12 jaar, 54,6%. Ik ben niet echt een rumfanaat, en sta bijzonder sceptisch voor al dat soort trucjes. Ik kan mij nooit van de gedachte ontdoen dat er iets moet verdoezeld worden. De neus opent fris, er is een vrij lichte fruitgeur, zoetig met wat koffie. De smaak is vrij zoet en moutig, de afdronk droog en zoet. Als ze het je niet zeggen, dan zou je toch beginnen twijfelen of dit wel op een rumvat heeft gelegen.
De Campletown Bourbonwood van 12 jaar met een sterkte van 58,5% is volledig op bourbon vat gematured. Hij opende met een typische frisse, hooi-grasachtige geur. De smaak is vrij moutig, maar explodeerde in de mond. De finish word zoet en eindigde met een chocolade smaak.
Le moment supreme van de avond komt eraan, en dat is waar iedereen zo een beetje naar uitkijkt, een Local Barley van 1966, 31y oud en 52% single cask (vatnr 476). De neus is een typische bourbon geur, fruitig en er is een lichte anijs geur te ontwaren. De smaak is zoet, kruidig met een afdronk die vrij droog en gerookt is. Op het einde komt een vanille smaak opzetten.
Eigenlijk was een stemming een beetje overbodig. De Local Barley was de overweldigende winnaar, gevolgd door de Rumwood, en op de derde plaats de 15jaar standaard bottling.
Eigenlijk is er nog heel wat meer te vertellen, zoals die 2,5 keren distilleren. Een pluim voor Pieter, het was een puike presentatie. Maar zoals de m’n schooldirecteur al zei, 1 keer is geen keer, ook bij de buurvrouw!
Johan